Eerst een podcast, dan een boek!

Het project 1000 woorden leeft nog volop, maar niet zo snel als beloofd. Nathan kwam er gaandeweg achter dat het nog niet zo makkelijk is het best mogelijke boek te schrijven over vaders en zonen.

Het onderwerp blijft echter enorm van waarde, vandaar dat Nathan nu bezig is een ander project op te zetten. Een podcast waarin Nathan met mannen in gesprek gaat over hun relatie. Hoe zijn ze partner, vader, zoon, vriend? Hoe doen ze dat nou, de verbinding én de autonomie behouden? Waar tuinen ze elke keer weer in, maar vooral: wat zijn de parels die ze gevonden hebben op hun pad?

Gewone mannen, over zichzelf. Dus de insteek is niet: wat moet een man allemaal, of wat doet-ie fout? Maar gewoon een mooi gesprek tussen twee mannen die in een klein uurtje samen uitzoeken hoe ze dat nou doen, relaties hebben.

Zodra Nathan meer weet over de aanpak van dit project, vind je dat hier. Ben je technisch handig? Of wil je wel in de podcast? Mail dan naar stichtingmanoman@gmail.com

Ter aanvulling: hieronder lees je de column die Nathan begin september in Pakhuis de Zwijger uitsprak bij een avond over ‘genderverschillen op de sofa’. Dit geeft wel zo’n beetje de achtergrond weer van het podcast idee

Binnen en Buiten       

Het was één dag voor Covid ook De Zwijger deed zwijgen, en ik mocht invallen op het podium tijdens een zogenaamde meetup over ‘alfamannen’. Ondertitel: ‘Hoe beïnvloeden ideeën over mannelijkheid onze samenleving, vrouwen, en mannen zelf?’ Ergens liet ik, met een mannencoach links en een mannenwerker rechts van me, iets vallen over een ‘safe space’  voor mannen. Een plek waar zij zich veilig voelen. Stilte in de zaal – voor tweederde gevuld met vrouwen.

‘Safe space?’, siste mijn echtgenote bij thuiskomst. ‘Voor mannen? Sorry hoor. Zullen we eerst met de vrouwen beginnen?’ Toen ik haar, haastig en verontschuldigend,  probeerde uit te leggen wat ik met ‘safe space’ bedoelde, dienden zich bij  mezelf  gaandeweg de concepten ‘binnen’ en ‘buiten’ aan.

Buiten: de straat, de natuur, het slagveld, maar ook de fabrieken, de mijnen, kantoren en de kroeg. Daar waar het spannend en onveilig kan zijn, en lang de plek die de man zich toe-eigende of waar hij toe veroordeeld was. Binnen: het huis, de warmte, de veiligheid, de zorg en de liefde: lang de plek die de vrouw zich toe-eigende of waar ze toe veroordeeld was.

Een bedacht concept? Lijkt me wel. ‘De band die het gezin bijeen houdt ligt in de trouw en de standvastigheid van de vrouw. Haar plaats is binnen (tweede lijn), de plaats van de man buiten (vijfde lijn). Dat man en vrouw hun juiste plaats innemen is in overeenstemming met de grote natuurwetten.’ Aldus de I Tjing, ergens uit duizend voor Christus, en niet door een vrouw geschreven.

De vrouw gaat nu zo’n 100 jaar, sinds het begin van de emancipatie, meer en meer naar buiten. De man trekt de laatste decennia, haperend, steeds meer naar binnen. Voor beiden is het spannend. De vrouw loopt fysieke risico’s, en zal nog wel even te maken houden met vooroordelen en andere ongemakken. En ze maakt fouten, waar ze hard op afgerekend wordt. En ook voor de man is het wennen. Bijvoorbeeld aan het accepteren van kwetsbaarheid en het loslaten van status.  En hij maakt fouten, waar hij hard op afgerekend wordt. Vrouwen en mannen moeten nieuwe relaties leggen: machtig interessant.

Wat heeft dit, denkt u, te maken met het onderwerp van vanavond? Welnu: u constateerde dat vrouwen tekortkomen bij de diagnoses ADHD en autisme en mannen bij de diagnoses depressie en suïcidaliteit.

Van het laatste weet ik helaas veel. Ik schreef een boek over hoe mannen in het geniep in mentale nood kunnen raken, na de onverwachte zelfdoding van mijn ogenschijnlijk gelukkige broer David. Vrees niet: dat deed ik niet meteen, in de actiestand, maar dan vergde eerst anderhalf jaar van verbijstering, verdriet en weer een beetje opkrabbelen.  

Gaandeweg die zoektocht –  ook na het boek –  de afgelopen jaren, naar mannen in nood, ben ik steeds meer gaan geloven dat de man, steeds meer binnen levend,  een forse onvoorziene klus heeft.

Want wat ik waarnam: lang konden ik en mijn collega-mannen onze angst, verdriet en boosheid daar buiten uitventen en er zo mee dealen. Ten koste of ten goede van anderen, maar wij waren er vanaf. Ik zie dan een beeld van de moegestreden krijger, die zijn zwaard in de paraplubak steekt, het schild onder de kapstok zet en informeert wat er vanavond op tafel staat.

Maar binnen is het anders: daar vind ik het spannend, maar ook fijn en ik wil er graag blijven. We willen liefhebben en geliefd zijn, we willen zorgen en verzorgd worden, troosten en getroost worden. Net als vrouwen dragen wij onze geschiedenis met ons mee, met grote en kleine trauma’s, met boodschappen die we van onze ouders mee kregen, met levenstaken die we onszelf als kind al hebben opgelegd. En de shit van alledag, niet wezenlijk anders dan toen en niet anders dan die van vrouwen.

Maar zelfs ik – en ik doe er echt wat werk op – heb nog geen goede plek om zonder zwaard en schild de demonen te lijf te gaan. Om mijn rol te vinden in het complex van binnen en buiten, van verbinding en autonomie. En als ik de steady suïcidecijfers zie, en dan met name die van mannen van 40plus, dan denk ik dat ik lang niet de enige ben die worstelt met z’n plek.

We praten veel, we voelen graag, maar liefst niet op het hetzelfde moment. ‘Het gaat prima’, ook al gaat het kut. Als ik een weekend met mijn vrienden ben weg geweest, is het mijn vrouw die achteraf  vraagt: ‘hebben jullie het dan helemaal niet over zijn scheiding gehad?’.

We leveren het zwaard graag in, maar we houden het schild nog het liefst bij ons. Dat schild heet nogal eens: boosheid – in allerlei gradaties. En achter dat schild is het, terwijl het er zo sterk en veilig lijkt, eigenlijk enorm eenzaam.

En dat is waar ik het graag over zou willen hebben: niet over mannen,  de man en de vrouw, over wat de man allemaal moet, over concepten als masculiniteit. Maar wel over mannen en relaties. Over de man in de relatie.

Hoe doet een man dat nou, partner zijn, vader zijn, zoon zijn? Broer, vriend, collega? Hoe beweegt hij daarin, welke rollen zijn er te vergeven? Hoe maakt een man kenbaar wat hij wil? Hoe weet hij wat hij wil? Wat zit er nog dwars van zijn ouders? Wat geeft hij door aan zijn kinderen? Helaas denken we daar uit ons zelf zelden over na. En daar is heel wat te halen, geacht Zwijger-publiek.

Ik generaliseer, tuurlijk, en een nieuwe generatie mannen pakt het handiger aan dan de vorige. Maar als ik jullie vanavond iets mee wil geven: ga eens goed en grondig onderzoeken hoe de man zich in de relatie beweegt. En hoe hij zo binnen een veilige plek kan vinden. Wie weet voorkomt dat wat schade.

Sigmund Freud zou gezegd hebben dat ons geluk maar door twee factoren wordt bepaald: werk en liefde. Werk is buiten, liefde is binnen, maak ik er van. Mannen hebben goed geleerd liefde in hun werk te stoppen. Nu wordt het ook tijd voor het omgekeerde: werk in de liefde.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Maak een website of blog op WordPress.com

Omhoog ↑

%d bloggers liken dit: